Eens in de zes jaar worden de broedvogels van het internationale Waddengebied in kaart gebracht. Van Den Helder tot het Deense Esbjerg, en dus ook op Schiermonnikoog. Sovon Vogelonderzoek Nederland inventariseert alle broedvogels in de terreinen van Natuurmonumenten. De gegevens dragen bij aan het beheer van de terreinen. Op internationaal niveau is het bovendien van belang te zien hoe het met de broedvogels van duinen en kwelders gaat in de Waddenzee. In voorbije jaren lieten deze grootschalige inventarisaties zien dat veel karakteristieke broedvogels van het Waddengebied het moeilijk hebben. Denk daarbij aan scholeksters, sterns, plevieren en wulpen. De redenen van de achteruitgang zijn velerlei. Voedselschaarste, het verloren gaan van geschikt broedterrein, het vaker overstromen van lage kwelders, verruiging van duinen en kwelders, verdroging; het speelt veel vogelsoorten parten.
Ook op Schiermonnikoog zien we dat soort ontwikkelingen. Zo neemt het oppervlak aan duindoorns al jaren toe. Voor sommige soorten is die uitbreiding niet zo gunstig, bijvoorbeeld voor grondbroeders als meeuwen en scholeksters.
Andere soorten profiteren er juist van. Zangvogels als fitis, grasmus, nachtegaal en rietzanger zien hun broedgebied met de duindoorns uitbreiden, terwijl bergeenden en zelfs bruine kiekendieven onder en tussen de duindoornstruiken een plek vinden. Wat dat voor de aantallen en verspreiding van de broedvogels op het eiland zal betekenen weten we na dit voorjaar, als Sovon na al het veldwerk de balans op kan maken.
Romke Kleefstra – Sovon