Op 16 november brachten Nina Dieters en Arnoud Heikens een dode Noordse stormvogel die ze op het strand hadden gevonden naar het bezoekerscentrum. Je kunt zien dat deze vogel een Noordse stormvogel is aan de neusbuis op zijn snavel en zijn ‘smokey eyes’.
We waren blij dat Nina en Arnoud deze dode vogel kwamen brengen, want Noordse stormvogels zijn belangrijk voor het onderzoek naar plastic afval in zee. Noordse stormvogels eten namelijk alles wat ze tegenkomen op het water, ook eventueel plastic dat op zee drijft. Bovendien zijn het zulke rasechte zeevogels dat ze altijd op zee zijn en we zeker weten dat alles wat ze gegeten hebben ook uit zee komt. Ze zijn daarom een goede graadmeter voor plastic in zee: door hun maaginhoud te onderzoeken, kun je iets zeggen over de hoeveelheid plastic in zee. Onderzoekers van Wageningen Marine Research bekijken al sinds de jaren ’80 hoeveel plastic Noordse stormvogels in hun maag hebben, als onderdeel van hun onderzoek naar de problemen van plastic afval in zee, de zogenaamde plastic soep. Om hun onderzoek te kunnen doen hebben ze natuurlijk steeds ‘verse’ Noordse stormvogels nodig. Daarom ligt deze vogel nu in de vriezer van het bezoekerscentrum, en zorgen we ervoor dat hij bij de onderzoekers terecht komt zodat die zijn maaginhoud kunnen onderzoeken.
Als je zelf een dode Noordse stormvogel op het strand tegenkomt, zijn we er blij mee als je die meeneemt, bijvoorbeeld in een plastic tas, en bij informatiecentrum Het Baken brengt. De stormvogel hoeft niet meer heel mooi te zijn. Zolang zijn maag nog maar niet vergaan is, is hij bruikbaar voor het onderzoek.
Wil je meer weten over stormvogels en de plastic soep, kijk dan eens op de website van de onderzoekers.