77 resultaten gevonden
Pagina's

Duinbeheer

Dichtgegroeide duinen

Op veel plekken zijn de duinen van Schiermonnikoog dichtgegroeid met struiken. Dit komt door:

  • het inwaaien van meststoffen waardoor bomen en struiken sneller groeien;
  • de afname van het aantal konijnen door virusziekten. De weinige konijnen eten niet meer alle jonge boompjes op;
  • de aanplant van bos honderd jaar geleden. In de luwte van het bos groeien nieuwe struiken;
  • verdroging van duinvalleien.
    In de valleien die iedere winter onder water staan groeien struiken niet zo snel. Door deze verruiging is op veel plekken het mooie uitzicht op de duinen verdwenen. Ook worden bijzondere dieren en planten die in de duinen thuishoren steeds zeldzamer.

Natuurmonumenten maakt op veel plekken de duinen weer open. Dat doen de boswachters door te plaggen of te maaien. Ze krijgen daarbij ook hulp van runderen en pony’s.

Plaggen

Bij plaggen graven we de bovenste laag grond af. In deze bovenste grondlaag zitten plantenresten en voedselrijke aarde. Na het plaggen blijft er kaal zand over. Net na de werkzaamheden lijkt dit op een maanlandschap. Maar anders dan op de maan nemen planten, waarvan de zaden vaak jarenlang geduldig in de bodem hun kans hebben afgewacht, snel bezit van het gebied. Dit zijn zeldzame pionierplanten die in een gesloten grasmat geen kans maken. Hoewel de plantjes klein zijn, hebben ze vaak prachtige bloemen, zoals het geelhartje (wit met geel) en het strandduizendguldenkruid (donkerroze).

Maaien

Ieder najaar maait Natuurmonumenten de duinvalleien. Als ze dit niet regelmatig doen, groeien de valleien dicht met wilgen en berken. Bijzondere bloemen zoals orchideeën en parnassia verdwijnen dan. Bij het maaien laten ze meestal een strook ongemoeid. Dit is belangrijk voor overwinterende rupsen en andere insecten.

Dankzij het maaibeheer liggen de valleien op het eiland er prachtig bij. De meest bloemrijke stukken zijn de vallei bij de vuurtoren en de Hertenbosvallei. Ook de bermen van de fietspaden staan dankzij het maaibeleid vol bloemen.

Grazers

In de duinen lopen koeien, paarden, geiten en schapen rond. Dit zijn allemaal vegetariërs die graag gras en jonge boompjes eten. Zo houden ze de eilander duinen open. In dit open duinlandschap bloeien bijzondere bloemen die anders de concurrentiestrijd met snel groeiende grassen en struiken zouden verliezen. Ook voor wandelaars heeft het voordelen. Omdat de grazers dichte stekelige struiken opeten, kun je in de begraasde gebieden vaak prettiger wandelen dan daarbuiten.

...
Berichten

Broedvogels in 2022

Lage duintjes bij de Balg kraamkamer voor bedreigde strandbroeders

Sinds 1998 inventariseert Sovon in opdracht van Natuurmonumenten jaarlijks de broedvogels van het oostelijk deel van de Oosterkwelder. Dat duindoorns en vlieren de afgelopen 24 jaar flink zijn  toegenomen, is terug te zien in de broedvogelbevolking. De zangvogels doen het er al jaren goed en daarin was 2022 geen uitzondering. Dit geldt voor vogels van riet en ruigte (blauwborst, rietzanger), laag struweel (roodborsttapuit, nachtegaal) en sinds kort ook voor soorten van hoog struweel (merel, groenling, koolmees).

Voor echte kweldervogels is het beeld wat minder rooskleurig. Voor het derde jaar achter elkaar broedden er geen velduilen op de kwelder. Zorgelijk is ook dat de wulpenstand achteruit blijft gaan. Omdat dit in vrijwel heel West-Europa gebeurt is de soort inmiddels op de internationale Rode Lijst terecht gekomen. Daarentegen beleefde de veldleeuwerik een topjaar. Dat is opmerkelijk want deze op de grond broedende zangvogel gaat in de rest van Nederland sterk achteruit.

Voor het project Wij en wadvogels heeft Sovon dit jaar ook de Westerplas geïnventariseerd. Hierdoor hebben we nu een ‘nulmeting’ en kunnen we zien of en zo ja hoe na de ingrepen voor het project de broedvogelstand verandert. Dat de bomen rondom de plas inmiddels veel broedende lepelaars en aalscholvers herbergen zal inmiddels bij velen bekend zijn. Er broedden dit jaar 89 lepelaar- en 169 aalscholverpaartjes. Rondom de plas vond Sovon vijftig verschillende broedvogelsoorten, waaronder zes soorten eenden, bruine kiekendief, waterral en sprinkhaanzanger. Ook hier zijn echter bos- en struweelvogels sterk in de meerderheid. Winterkoning en fitis horen rond de Westerplas tot de talrijkste soorten.

Met behulp van onderzoekers, vrijwilligers en boswachters heeft Romke Kleefstra van Sovon voor koloniebroeders en een aantal zeldzame soorten een overzicht gemaakt voor het hele eiland. De kleine mantelmeeuw is nog steeds de talrijkste soort met 7116 paartjes. Dat is iets minder dan vorig jaar. De zilvermeeuwenstand was echter veel lager dan in 2021: 2037 paar in 2022 tegen 3218 het jaar ervoor. Lepelaars blijven het goed doen. De kwelderkolonies en de kolonie bij de Westerplas waren samen goed voor ruim 315 nesten.

...
Pagina's

Broedvogels op Schiermonnikoog

Lage duintjes bij de Balg kraamkamer voor bedreigde strandbroeders

Sinds 1998 inventariseert Sovon in opdracht van Natuurmonumenten jaarlijks de broedvogels van het oostelijk deel van de Oosterkwelder. Dat duindoorns en vlieren de afgelopen 24 jaar flink zijn  toegenomen, is terug te zien in de broedvogelbevolking. De zangvogels doen het er al jaren goed en daarin was 2022 geen uitzondering. Dit geldt voor vogels van riet en ruigte (blauwborst, rietzanger), laag struweel (roodborsttapuit, nachtegaal) en sinds kort ook voor soorten van hoog struweel (merel, groenling, koolmees).

Voor echte kweldervogels is het beeld wat minder rooskleurig. Voor het derde jaar achter elkaar broedden er geen velduilen op de kwelder. Zorgelijk is ook dat de wulpenstand achteruit blijft gaan. Omdat dit in vrijwel heel West-Europa gebeurt is de soort inmiddels op de internationale Rode Lijst terecht gekomen. Daarentegen beleefde de veldleeuwerik een topjaar. Dat is opmerkelijk want deze op de grond broedende zangvogel gaat in de rest van Nederland sterk achteruit.

Voor het project Wij en wadvogels heeft Sovon dit jaar ook de Westerplas geïnventariseerd. Hierdoor hebben we nu een ‘nulmeting’ en kunnen we zien of en zo ja hoe na de ingrepen voor het project de broedvogelstand verandert. Dat de bomen rondom de plas inmiddels veel broedende lepelaars en aalscholvers herbergen zal inmiddels bij velen bekend zijn. Er broedden dit jaar 89 lepelaar- en 169 aalscholverpaartjes. Rondom de plas vond Sovon vijftig verschillende broedvogelsoorten, waaronder zes soorten eenden, bruine kiekendief, waterral en sprinkhaanzanger. Ook hier zijn echter bos- en struweelvogels sterk in de meerderheid. Winterkoning en fitis horen rond de Westerplas tot de talrijkste soorten.

Met behulp van onderzoekers, vrijwilligers en boswachters heeft Romke Kleefstra van Sovon voor koloniebroeders en een aantal zeldzame soorten een overzicht gemaakt voor het hele eiland. De kleine mantelmeeuw is nog steeds de talrijkste soort met 7116 paartjes. Dat is iets minder dan vorig jaar. De zilvermeeuwenstand was echter veel lager dan in 2021: 2037 paar in 2022 tegen 3218 het jaar ervoor. Lepelaars blijven het goed doen. De kwelderkolonies en de kolonie bij de Westerplas waren samen goed voor ruim 315 nesten.

...
Pagina's

Waddenzee Werelderfgoed

Het verhaal van Waddenzee Werelderfgoed

Het Nederlandse Waddengebied is uniek. Het is rijk; de biomassa per kubieke meter is vergelijkbaar met dat van de bodem van tropisch regenwoud. Het Waddengebied is op wereldschaal een groot natuurgebied en herbergt een natuurlijk Werelderfgoed dat zijn weerga niet kent: de Waddenzee. Weer, wind en water creëren de mooiste wilde natuur: slikken, kwelders, duinen, geulen en zandplaten, waar allerlei bijzondere dieren en planten leven. De natuur laat zich hier zien aan de bezoeker die de tijd neemt en zorgvuldig kijkt. Ontdekken, ervaren en onderzoeken worden beloond.

Het gebied is altijd in beweging door de voortdurende interactie tussen water en land. Letterlijk tweemaal per dag komt de bodem van het wad boven het water van de Waddenzee. Als tussenstation bekoort en voedt het vele miljoenen vogels op hun internationale trek. Vriend en vijand in één: het water neemt en geeft. De waddenkust weerspiegelt de eeuwige strijd tussen mens en water en de ontstaansgeschiedenis van het land. Dorpen en steden op vruchtbare kwelders vormen samen met terpen en wierden een eeuwenoud cultuurlandschap. Bewoond en bewerkt door eigenzinnige en inventieve bewoners. Ze maken op ondernemende, maar ook zorgvuldige manier gebruik van de dynamiek van de natuur.

De diversiteit van de plaatsen aan de kust, de Waddeneilanden en het wad, maken dat het gebied geen moment verveelt. Het prikkelt alle zintuigen. Met vele bekende parels zoals de vuurtorens en zeehonden, havens, en de schoonste stranden, maar ook echte geheimen, zoals de Zuidwalvulkaan, onbewoonde eilanden en de bijzondere smaaksensaties van de Waddenweelde: verse vis, oesters, kokkels, mosselen en zilte teelt.

De Wadden zijn onmiskenbaar verbonden aan uitwaaien, eilandgevoel, wadlopen en droogvaltochten, maar ook het spotten van zeldzame vogels met behulp van apps en zoekkaarten, en zeehonden zien in het wild. En er is meer. De donkerste hemel die Nederland heeft, strekt zich uit boven het gehele Waddenzee Werelderfgoed. Iedere Nederlander moet in zijn leven minimaal één wadlooptocht hebben ondernomen, de ultieme duurzame ervaring.

Kortom, de Wadden zijn echt van ons allemaal, en bieden de bezoeker een onvergetelijke ervaring in een gebied waar we trots op moeten zijn en koesteren. Het is niet voor niets UNESCO Werelderfgoed.

...
Pagina's

Onderzoek op Schiermonnikoog

Onderzoek in het Nationaal Park

In het Nationaal Park Schiermonnikoog vindt veel wetenschappelijk onderzoek plaats. Onderzoek is belangrijk om erachter te komen waarom het slecht of juist goed gaat met soorten dieren en planten. Ook volgen onderzoekers wat de effecten zijn van beheermaatregelen, zoals plaggen en begrazen. De uitkomsten helpen Natuurmonumenten om de natuurgebieden nog beter te beheren. Bovendien geeft het onderzoek inzicht in de gevolgen voor dieren en planten van ontwikkelingen die we in de toekomst verwachten, zoals verdere klimaatopwarming en een stijgende zeespiegel.

Meer inzicht en betere bescherming

Dankzij het vele onderzoek dat de afgelopen tientallen jaren heeft plaatsgevonden op Schiermonnikoog zijn we verschillende processen in de natuur veel beter gaan begrijpen. We zijn erachter gekomen hoe mosselen, zeegras, gele weidemieren en kwelderspringers hun eigen favoriete biotoop creëren en in stand houden en welke andere soorten hier weer van afhankelijk zijn. Dankzij het kleurringen en zenderen van lepelaars is duidelijk geworden waar ze in de winter naar toe trekken en welke gevaren ze op hun reis tegenkomen. Dit heeft ervoor gezorgd dat gebieden op hun trekroute nu beter beschermd zijn.

Onderzoekers in afgesloten gebied

Tijdens het broedseizoen krijgen sommige onderzoekers toestemming van Natuurmonumenten om het voor publiek afgesloten gebied te betreden. Hierbij moeten ze zich wel aan bepaalde voorwaarden houden om ervoor te zorgen dat de verstoring die ze veroorzaken minimaal is. De onderzoekers zijn in het veld herkenbaar aan een groen hesje. De meeste onderzoekers opereren vanuit de Herdershut (Rijksuniversiteit Groningen) of het Groene Glop (Vrije Universiteit).

Zelf onderzoek uitvoeren

Overigens hoef je niet aan een universiteit te werken of te studeren om onderzoek uit te voeren. Natuurmonumenten is altijd op zoek naar mensen die inventarisaties kunnen uitvoeren in het Nationaal Park. Dus als je veel weet van planten, vogels, insecten of een andere soortgroep en het je leuk lijkt om een deel van het Nationaal Park te inventariseren, meld je dan bij de boswachter ecologie: e.jansen@natuurmonumenten.nl.

...